Waarom UX-design onze huizen nu meer vormgeeft dan meubeltrends

Geplaatst in Blog op juni 19, 2025  

Kijk eens rond in je woonkamer. Ziet het er strak uit? Veel wit, rustige kleuren, weinig prullaria? Dan ben je niet de enige. Steeds meer huizen – zeker in Nederland – krijgen dezelfde stijlkenmerken die je ook terugziet in je smartphone.

Hoe komt dit nu precies? Niet meteen omdat we allemaal massaal dezelfde meubels bij dezelfde grote winkel halen, maar het ligt eerder aan de manier waarop we apps gebruiken en interfaces ervaren.

Onze blik op ‘comfortabel wonen’ verandert dus. Apps zijn namelijk niet zomaar digitale hulpmiddelen. Ze geven structuur, ze kalmeren, en ze laten ons denken: “zo wil ik ook dat m’n huis voelt.” Rustig, intuïtief, zonder ruis.

Van casino naar woonkamer: hoe platforms stiekem je smaak bepalen

Even een concreet voorbeeld: Heb je ooit al gespeeld bij een van de beste buitenlandse casino’s op de markt? Dan herken je dit wellicht wel: die visuele rust, die strakke knoppen, het gevoel dat alles precies is waar het hoort. Je zoekt een spel, hoe je veilig geld kan storten of waar je de klantenservice kan bereiken? Alles staat duidelijk op zijn plaats – logisch, net en strak.

Je merkt het misschien niet direct, maar dat soort online omgevingen beïnvloeden subtiel en onbewust je verwachtingen. Online, maar ook in het echte leven.

En nee, het gaat niet alleen om gokken. Kijk naar e-commerce, banken, gezondheidsapps… ze hebben allemaal diezelfde nette uitstraling. En die uitstraling sluipt langzaam onze huizen binnen.

Waarom? Omdat je hersenen dat als ‘duidelijk’ en ‘veilig’ zijn gaan interpreteren. Net als bij die platforms: wat makkelijk werkt, voelt goed. En dat willen we thuis ook.

Meubels? Die volgen pas later

Twintig jaar geleden bladerde je een wooncatalogus door en dacht je: “Ik wil die bank!” Tegenwoordig denk je eerder: “Ik wil die vibe.” En die vibe komt niet meer uit een meubeltrend, maar uit de manier waarop digitale interfaces aanvoelen. Minimalistisch, helder, met focus op gebruiksgemak. UX-design dus, maar dan in je interieur.

We willen geen overbodige dingen meer. Geen kasten vol servies dat nooit wordt gebruikt. Geen tafel die alleen mooi is op Instagram. Alles moet een functie hebben, of het vliegt eruit. Net zoals bij apps: wat niet bijdraagt aan de ervaring, wordt weggeveegd.

De logica van UX kruipt in je interieur

Denk maar eens aan de navigatie in je favoriete app. Alles heeft een logische plek. Datzelfde zie je terug in moderne interieurs. De looproutes in een kamer worden belangrijker dan de sierkussens.

Je denkt na over hoe licht door een ruimte beweegt, hoe geluid zich verspreidt, hoe snel je je sleutels vindt als je gehaast de deur uit moet.

En ja, dat is UX-denken. Je huis moet als een goede app zijn: je hoeft niet na te denken over hoe het werkt, het voelt gewoon logisch. Geen overbodige keuzes. Alles direct begrijpelijk. En dat begint al bij de voordeur.

Comfort betekent iets anders dan tien jaar geleden

Vroeger was comfort zacht. Pluizige kussens, dikke gordijnen, warme kleuren. Nu is comfort vaak: een overzichtelijke ruimte, slimme verlichting, en geen spullen op het aanrecht.

Dat klinkt misschien kil, maar het tegendeel is waar. Mensen voelen zich rustiger in een ruimte waar niet te veel visuele prikkels zijn. Precies wat UX-design ook probeert te bereiken.

We zitten ook veel meer binnen, laten we eerlijk zijn. Je werkt misschien thuis, je ontspant thuis, je socialiseert thuis. En al die contexten vragen om een interieur dat niet constant ‘aan’ staat. Juist door het rustiger te maken, voelt het prettiger. En rust creëren, dát is waar UX goed in is.

Jongeren doen het onbewust

Als je twintiger bent, ben je opgegroeid met touchscreens, swipen, en pushnotificaties. De manier waarop je denkt over interactie is anders dan die van je ouders. Je verwacht flow. Geen gedoe. Ook in je huis.

Daarom zie je ook steeds meer multifunctionele ruimtes, meubels met verborgen opbergruimte, en vooral: minder rommel. Jongeren kiezen niet voor een bank omdat-ie mooi is, maar omdat-ie in hun ‘workflow’ past. Klinkt zakelijk, maar dat is het niet. Het is gewoon een gevolg van jarenlang efficiëntie-gericht denken.

Niet alleen esthetiek, maar gedrag

UX gaat niet alleen over hoe iets eruitziet, maar over wat het met je doet. En dat geldt net zo goed voor je woonkamer als voor een app.

Een goed ontworpen ruimte kan je gedrag sturen, denk bijvoorbeeld aan een leeshoek die uitnodigt om je telefoon weg te leggen, of een slimme speaker die je helpt je dag te starten. Dat zijn UX-principes, toegepast op wonen.

En die principes zijn gebaseerd op observatie. Hoe beweeg je? Wat pak je als eerste vast? Waar wil je zitten? Dat zijn vragen die UX-designers zich stellen bij het ontwerpen van digitale omgevingen. Maar interieurontwerpers pikken dat nu ook op. En logisch, want het werkt.

Techniek als stille huisgenoot

Met slimme verlichting, spraakgestuurde apparaten en thermostaten die zelf leren wanneer je thuis bent, wordt technologie steeds meer onderdeel van je woonervaring. En dat betekent dat de vormgeving van een huis ook moet aansluiten bij dat ritme.

UX-design helpt om die technologie niet als storend te ervaren, maar als logisch verlengstuk van je gedrag. En daar horen dus ook meubels bij die je makkelijk kunt verplaatsen, lampen die reageren op je stem, en ruimtes die zich aanpassen aan het moment van de dag.

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}

Andere bekeken ook

>